Memorien uyt de Beschrijvinge der stadt Dordrecht blz. 92 a
Tekstpagina: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 + woordenlijst.
heer Godefroy Booth voorsz inden jare 1625 tot Londen
in Engeland overleden sijnde heeft verscheydene stam-
boecken naergelaten; in de welcke hij wel de gemelde
heer Gysbrecht d`oudste voorvader hier in Nederland noemt,
hem stellende int eerste stamboeck op de elfde euwe;
Edoch inde laetste meer dan hondert jaren jonger maekt;
gevende hem tot een vader Ferdinand; tot een grootva-
der Lodewyck; ende tot een overgrootvader Nicolaes
Booth; noemende daerenboven allen deselve graven van Sombria.
Seker de Boothen in Norynland (Noord-Rijnland, vert.), daeronder vanoudts
Oostenryck, Stiermarck (alwaer pagus Sembriach) met mede
vorstendommen gerekent worden, hebben noch in de
dartiende euwe den naem van Booth tot geen toenaem
gehad: Ende syn met Bodoferdnez, dat is Francoys Boodt
voor ofte even na den jare vyftienhondert uytgestorven.
Welcken naem nochtans seer onbedacht heer Godefroy
in een der gemelde stamboecken syn meer dan over-over-
grootvader (atavo) (atavus is betovergrootouder, vert.) toegeschreven heeft.
Waeromme al over vele jaren, eer de Beschryvinge der Stadt Dordrecht
in druck is uytgegeven, de heere Buchel, van Hoencoop,
ende ick meergemelde stamboecken lange verdacht, ende
onse afschriften van dien geseponeert, gehouden hebben. Dit
tot kennisse gecomen synde van d`heere Gerard Boot, Go-
defroys oudste soon zaliger, soo heeft syn Edele daer over
uyt Londen aen my geschreven ende versocht als inde
navolgende gerecoleerde en geauthentiseerde copijen.
Tekstpagina: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 + woordenlijst.